51ste jaarconcert 5-6 december 2020
– NOT –
Beste publiek : wij missen U.
In andere tijden leest U nu een verslag over het jaarconcert van de Koninklijke Harmonie De Vriendenkring en zijn jeugdharmonie. Vaste stek, eerste weekend van december. ’s Zaterdags, half acht ’s avonds. ’s Zondags, twee uur ’s namiddags. Nu hebt U niets gehoord.
Onze stilte duurt lang, heel lang. We misten ons optreden in april, de begeleiding van de communicanten in de parochiekerk, het afsluiten van de vakantie rond de kiosk voor de schuur, het eer betuigen aan de slachtoffers van de oorlogen in november, en nu ons jaarconcert. We mogen U niet doorgeven wat al die vrijdagavonden repeteren, met af en toe een hele dag paniek-repetitie, ons muzikaal brengen. We mogen niet samen repeteren.
Heel even kon de harmonie en de jeugd nog uitwijken naar de parochiezaal, om toch ‘iets’ te doen. Met liters ontsmettingsalcohol, elk op 2 meter van de andere muzikanten, iedereen zijn dweil om de instrumentenzever op te vangen, en een microfoon voor de dirigent opdat de laatste rij hem ook kon horen, konden we toch nog muziek maken. Ver van elkaar, zonder toog (verboden!), maar toch onder het zelfde dak in dezelfde ruimte samen spelen. Naarmate de pandemie voortwoekert is zelfs dat te gevaarlijk en moest het stoppen.
En dat is hard. Ja, we verdelen nog nieuwe muziek onder de leden. We oefenen thuis (of dat hopen onze dirigenten Barthel Hendrickx en Stef Eykens toch). We kijken uit naar betere tijden, naar het einde van ‘de maatregelen’, naar het ogenblik waarop een beestje
van 0,06 à 0,140 duizendsten van een millimeter door een team van 11 miljoen Belgen bedwongen is. Naar de terugkeer naar ons repetitielokaal.
Want een orkest van één man, dat is het niet. In Duitsland kennen ze ‘Einzelunterhalters’, in Groot-Brittanië de ‘One Man Band’, maar dat is toch maar alleen. De baslijn zonder melodie, slagwerk zonder kopers, een klarinet of hobo zonder onderliggend akkoord van saxen : het werkt niet.
We kijken dus uit naar die vrijdagavond waarop we, in ons eigen te kleine repetitielokaal, voor het eerst weer samen een akkoord inzetten. Dat we aan onze toog, in de derde repetitiehelft, de muzikale wereld verbeteren. Dat we op elkaars partij kunnen wijzen, zò dicht zitten we bij elkaar. Dat de piccolo links voor de tuba rechts achter kan horen.
En we kijken uit naar U. We willen U terug in die parochiezaal, met onszelf achter de muziekpupiter, een pakje muziek klaar voor een paar uur onvervalst blaasplezier, samen. Met een open toog, bij elkaar, een volle zaal. Mogen we U in 2021 dan zien, eerste weekend
van december?
Tot dan!